TidBITS#328/13-May-96

In dit nummer hebben we het over nieuwe produkten die worden uitgebracht naar aanleiding van Apple's World Wide Developer Conference. Over timing gesproken: we gaan ook dieper in op de verschillende fazen in de ontwikkeling van nieuwe software, met aandacht voor vragen zoals: "Wat bedoelt men met 'beta'?" We staan ook even stil bij de recente arrestaties van Internet-providers in Frankrijk, bespreken Mail Drop (een e-mail programma dat het IMAP-protocol gebruikt), en nieuwe versies van FreePPP, StuffIt Expander, DropStuff, MacDNS en het cliënt-programma van AOL voor Macintosh-gebruikers. We willen jullie tenslotte ook wijzen op het interview met Don Norman dat live op Internet zal worden uitgezonden.

Deze editie van TidBITS werd gedeeltelijk gesponsord door:

Copyright 1990-1996 Adam & Tonya Engst. Details aan het einde van deze editie.
Informatie: [email protected] Commentaar: [email protected]


Topics:

MailBITS/13-mei-96

FreePPP 2.5 is uit -- Vorige week zondag bracht de FreePPP Group versie 2.5 uit van dit gratis PPP-programma. FreePPP 2.5 is een grote stap vooruit in vergelijking met versie 1.0.5 en bevat meer mogelijkheden dan MacPPP 2.5, die door Apple wordt verdeeld. Lees wel eerst de bijgevoegde documentatie die je uitlegt welke problemen er kunnen optreden en wat je eraan kan doen. [ACE]

<http://www.rockstar.com/ppp.shtml >

StuffIt Expander 4.0.1 en DropStuff 4.0 -- Vorige week bracht ook Aladdin Systems nieuwe versies uit van hun populaire utilities StuffIt Expander en DropStuff met Expander Enhancer. StuffIt Expander 4.0.1 - die een hele reeks vaak gebruikte bestandsformaten kan decoderen en decomprimeren - blijft gratis. Nieuw zijn de verbeterde prestaties op PowerMacs en een gemakkelijker manier om gesplitste en gesegmenteerde bestanden te behandelen. DropStuff met Expander Enhancer stelt gebruikers in staat om bestanden te comprimeren en in binair formaat om te zetten. Ook de decodeermogelijkheden zijn toegenomen, zodat de meeste PC- en Unix-bestandsformaten geen problemen meer opleveren. Ook DropStuff 4.0 werkt nu beter op PowerMacs en springt eveneens vlotter om met gesegmenteerde bestanden. DropStuff is een shareware-programma (prijs: 30$) en (hoewel er in de documentatie blijkbaar niets over wordt verteld) geregistreerde gebruikers van vroegere versies kunnen wellicht hun registratienummers blijven gebruiken. De websites van Aladdin waren de laatste tijd moeilijk bereikbaar, maar de onderstaande URL's zouden accuraat moeten zijn. Binnenkort zal de software waarschijnlijk ook op mirrorsites van Info-Mac te vinden zijn. [GD]

<http://www.aladdinsys.com/ >
<ftp://ftp.aladdinsys.com/ >
< ftp://ftp.scruz.net/users/aladdin/public/stuffit_exp_40_installer.hqx >
< ftp://ftp.scruz.net/users/aladdin/public/dropstuff_w_ee_4_installer.hqx >

Don Norman spreekt live op Internet -- Don Norman is niet alleen een 'Apple Fellow' en indertijd ook een Apple User Experience Architect geweest, maar ook een expert in het ontwerpen van interfaces die menselijk gedrag proberen te benaderen. Op woensdag 15 mei zal hij live via Internet te horen zijn vanuit het KMi Stadium. Dit gesprek begint vanaf 17 uur GMT (dus om 18 in de rest van Europa, en om 12 uur 's middags aan de Oostkust van de VS of om 9 uur 's morgens aan de Westkust). Wie wil deelnemen brengt best eerst eens een bezoek aan de website van KMi Stadium om er de vorige uitzendingen eens uit te proberen. Daar vind je ook links naar RealAudio (wat je zeker zal nodig hebben) en naar CU-SeeMe (wat je eventueel kan gebruiken). Ik veronderstel dat je het gesprek ook achteraf zal kunnen beluisteren, maar om één van de gelukkigen te zijn die Don een vraag mogen stellen, moet je het gesprek natuurlijk live volgen. [TJE]

<http://kmi.open.ac.uk/stadium/welcome.html >

DNS voor Macintosh bijna klaar -- Apple heeft MacDNS 1.0.2 (de software voor DNS-servers) gratis op de markt gebracht. DNS-software verbindt de namen van Internet-computers met hun IP-adressen. Toen Macs nog niet over DNS-mogelijkheden beschikten, moest men daarvoor een beroep doen op andere platformen. MacDNS maakt deel uit van de Apple Internet Server Solution. Ook al lijkt het doorgaans vrij goed te functioneren, kreeg het toch ook kritiek te verduren omdat het niet in staat bleek om secundaire namen te lokaliseren en ook niet om 'recursive' te zoeken (m.a.w. te blijven proberen op verschillende servers tot het adres gevonden is).

<http://cybertech.apple.com/MacDNS.html >

Zeker niet uit te vlakken zijn ook Men & Mice uit Reykjavik, IJsland. Zij publiceerden de resultaten van prestatie-vergelijkingen tussen MacDNS, Unix BIND en hun QuickDNS Pro produkt. Hoewel QuickDNS Pro ongeveer $300 kost voorziet het in repeterende en secundaire name service, en lijkt het aanzienlijk beter te presteren dan andere DNS-opties. Men & Mice hebben ook hun test-methodiek vrijgegeven.

<http://www.menandmice.com/QuickDNS/Comparison/ >

Glenn Anderson's gratis DNS server voor de Mac, MIND, heeft zijn nut gehad voor een aantal Mac Internet sites, maar het lijdt aan een aantal bekende problemen en, zo blijkt uit Ric Ford's MacInTouch, er is momenteel geen verdere ontwikkeling van MIND gepland. [GD]

<http://www.macintouch.com/ >

AOL 2.7 -- America Online bracht vorige week versie 2.7 uit van haar client software. De nieuwe versie herstelt een aantal irritante bugs en biedt een verbeterde Web browser, hoewel de toegang tot het Web via AOL's netwerk nog altijd vrij traag lijkt (al is dat niet de schuld van de browser). [GD}

<ftp://ftp.aol.com/aol_mac/ >

Franse Internet-providers Gearresteerd

door Richard Erickson

Op 6 mei 1996 nam de Franse politie, op last van een rechter die onderzoek deed naar pedofilie-kringen in Frankrijk, computer-apparatuur in beslag en nam de hoofden van twee Internet service-providers in hechtenis. De tenlastelegging was het vermeend ter beschikking stellen van hun diensten ter propagering van Usenet nieuwsgroepen die, naar de mening van de rechter, elementen bevatten zoals "pornografische foto's van minderjarigen". De distributie van dergelijk materiaal is illegaal in Frankrijk. [En in vele andere landen, inclusief de V.S. -Tonya]

Twee dagen later, tijdens een professionele Internet expositie die gehouden werd in La Defense [nabij Parijs], hield de Franse Vereniging van Internet Providers (AFPI) een persconferentie om deze gerechtelijke actie te veroordelen. Francois Benveniste, directeur van de grote Internet provider Calvacom en woordvoerder voor de groep - waarvan een van de oprichters in hechtenis was genomen - zei: "Wij zijn allemaal schuldig".

Benveniste doelde hiermee op Usenet: een deel van de online wereld dat maar liefst zestienduizend discussiegroepen behelst die informatie verspreiden over een scala aan onderwerpen. Msr. Benveniste zei dat, onder de huidige wet, er geen manier voor een franse operator was om toegang tot deze groepen te bieden, omdat de wet er vanuit gaat dat de provider verantwoordelijk is voor de inhoud. Gezien de omvang van Usenet echter, is er geen enkele operator die in staat is om de inhoud van meer dan 100.000 electronische documenten dagelijks te overzien. Benveniste riep de autoriteiten op om met de operators om de tafel te gaan zitten, om een wetsinterpretatie te formuleren die het hen mogelijk maakt legaal te opereren - zonder gevangenisstraf te riskeren.

Samen met twee andere hoofden van de AFPI - Patrick Robin van Imaginet en Jerome Lecat van Iway - kondigde Benveniste de onmiddellijke sluiting van alle nieuwsgroepen aan tot 15 mei '96, als een symbolisch gebaar. De nationale operator France Telecom, die de backbone service "Transpac" levert en recentelijk haar eigen "Wannadoo" service is gestart, houdt gelijke tred met de privé operators, aangezien dezelfde wetten voor iedereen gelden.

Gedurende deze week zal er slechts één nieuwsgroep, , algemeen beschikbaar zijn voor de geschatte 80.000 tot 100.000 privé Internet abonnees in Frankrijk.

Wat onbeantwoord blijft, is de vraag waarom juist deze twee operators uit een totaal van zo'n 48 werden gepakt, terwijl ze vrijwel allemaal (ook het staatsbedrijf France Telecom) dezelfde nieuwsgroepen aanbieden. Deze twee behoren tot de grotere providers in Frankrijk: Francenet was een van de eerste, en Worldnet was een van de eerste met betaalbare prijzen.

Een andere onbeantwoorde vraag is waarom deze actie op dit tijdstip uitgevoerd is, terwijl de vereniging van operators al enige tijd gesprekken voerde met de Franse minister van telecommunicatie Francois Fillon, en kortgeleden de verzekering had gekregen dat geen enkele access provider verantwoordelijk zou worden gehouden voor inhoud.

Ondertussen zijn de de twee gearresteerde personen vrijgelaten, maar niet nadat een aanzienlijke hoeveelheid apparatuur is geconfisceerd. Bovendien blijven zij onder toezicht van de justitiële autoriteiten.

[Hier eindigt het nieuws gedeelte van Richard's bijdrage, die oorspronkelijk is gepubliceerd in "Metropole, Paris Online." Hieronder heb ik een gedeelte van Richard's informele commentaren toegevoegd die verder illustreren wat er aan de hand is in Frankrijk. -Tonya]

Hoewel de meerderheid van abonnee's zich er van bewust is dat Internet providers niet verantwoordelijk zijn voor inhoud, kan hetzelfde niet gezegd worden van TV journaals. De 08-Mei-96 20:00 CET editie van het journaal van staatskanaal France 2 wekte de indruk dat Worldnet zelf de inhoud verspreidde. Verklaringen van een woordvoerder van Francenet werden min of meer begraven onder een lading afbeeldingen, van Playboy's home page tot serieuze porno (hoewel geen kinderporno). Ik zag in die nieuwsbulletins over de arrestaties meer vlees dan ik heb gezien in 18 maanden van Internet-gebruik.

Als content provider, zou ik moeten nadenken over het uitvoeren van een project over Parijs, waar veel publieke kunst en veel billboards afbeeldingen bevatten van het onbedekte menselijk lichaam. Mijn site zou kunnen resulteren in een X-rating, ondanks het feit dat het een gedeelte is van de publieke (zelfs gesponsord door de staat) omgeving hier.

Zowel op de persconferentie als in sommige nieuwsbulletins, werd software genoemd dat gebruikt kan worden om verdachte inhoud te filteren. Ik denk dat het in ons eigen belang is om dergelijke software te promoten: 'hear no porn, see no porn, speak no porn'. Hoewel, het laatste misschien niet - pornografie is een legitieme vorm van expressie en bestaat sinds mensen grotillustraties maakten. Dergelijke software zou een virtueel waarschuwingsbord achterlaten bij de ingang van de grot.

Aanvullende bijdragen over dit onderwerp kunnen gevonden worden op de web site van Metropole.

<http://www.groundwork.com/metropole/ >

WWDC Ware

door Geoff Duncan

Elk jaar staat Apple's World Wide Developer's Conference in San Jose garant voor een lading aan product releases en aankondingen, en zoals tegenwoordig gebruikelijk met elke handelsshow of conferentie, ligt de nadruk op het Internet. Dit artikel belicht een aantal produkten die 'net op tijd' voor de WWDC uitkwamen.

Cyberdog 1.0 -- Apple heeft versie 1.0 van Cyberdog beschikbaar gesteld. Cyberdog is vrij beschikbaar, en is Apple's geïntegreerde Internet client, gebaseerd op OpenDoc. Het lijkt erop dat Apple van plan is dit produkt Cyberdog te blijven noemen - hoewel een produktnaam met het woord "dog" erin gemakkelijk een prooi kan worden voor Apple-opponenten, zou het niet op prijs gesteld worden door de Mac-gemeenschap wanneer een produktnaam veranderd werd die al een jaar bestaat. (Ik vraag me af wat dit betekent voor Copland.) Cyberdog vereist een PowerMac, QuickTime, en OpenDoc.

<http://cyberdog.apple.com/ >
< http://opendoc.apple.com/dload/OD-install.html >

Marionet 1.1 -- Allegiant Technologies heeft versie 1.1 van Marionet aangekondigd, de gezichtloze background Internet protocol server voor auteursomgevingen zoals SuperCard, HyperCard, Director, en AppleScript. Versie 1.1 omvat een aantal verbeteringen (in het bijzonder betreffende HTTP, email, en AppleScript ondersteuning). Bezitters van Marionet 1.0 kunnen een vrije updater naar 1.1 krijgen van Allegiant, en een proefversie van Marionet 1.1 wordt binnenkort op Allegiant's sites verwacht, evenals gereviseerde demos en voorbeelden die de nieuwe features belichten.

<ftp://ftp.allegiant.com/Marionet/ >

BBEdit 4.0 -- Bare Bones Software heeft BBEdit 4.0 aangekondigd, dat syntaxkleuring aan zijn lijst van mogelijkheden toevoegt. BBEdit kleurt nu automatisch sleutelwoorden om het lezen van de verschillende ondersteunde talen te vergemakkelijken. Inbegrepen zijn HTML, C, C++, Pascal, en zelfs 68K assembler; BBEdit 4.0 levert ook ondersteuning van Java en een betere integratie (op gebied van Web-serving en ontwikkeling) met Userland Frontier (zie verder). Gebruikers van vroegere versies mogen updaten voor 39$ na 01-jun-96, of gratis als ze BBEdit 3.5 na 31-mar-96 gekocht hebben. Aangeraden verkoopprijs voor BBEdit is 119$.

<http://www.barebones.com/ >

Frontier 4.0 -- Een klein jaar geleden liet Dave Winer het high-end Macintosh scripting systeem, UserLand Frontier los op het net in de vorm van "Aretha", een codenaam voor de net-versie van Frontier. (Zie TidBITS-279 .) Vorige week scoorde Dave weer met de "officiële" versie van Frontier 4.0.

<http://www.scripting.com/frontier/ >

Het is niet echt overdreven te zeggen dat Dave leeft voor scripting, en hij heeft nog maar eens opnieuw de doelen van Frontier gedefiniëerd, ditmaal speciaal afgestemd op Web publishers en service providers. Frontier 4.0 verschaft uitgebreide verbindingen naar WebSTAR, FileMaker, Netscape, Internet Explorer en andere programmas om het aanmaken van specifieke inhoud en webpublicatie-oplossingen te vergemakkelijken. Bovendien heeft Frontier 4.0 mogelijkheden om een website te onderhouden - het idee is dat je "source" bestanden voor een website in Frontier zitten. Als je iets aan je site wil veranderen, dan creëert en exporteert Frontier de HTML-code voor jou, en zal zelfs de bestanden naar je website doorsturen. Frontier kan het maken en onderhouden van enorme maar samenhangende websites sterk vereenvoudigen, en Frontier werkt uitgebreid samen met BBEdit 4.0 voor verwerking en maken van HTML. Bovendien levert Frontier native multi-threaded performance voor CGI-ontwikkelaars, en UserTalk is nog steeds een OSA-taal, zodat AppleScript-ontwikkelaars Frontier als een gigantische set OSAXen kunnen beschouwen.

Frontier is nog steeds niets voor de wankelmoedigen: Frontier scripts kunnen onbegrijpbaar zijn voor niet-programmeurs, en zelfs doorwinterde ontwikkelaars hebben steeds problemen gehad om Frontier te doorgronden, zelfs met de gratis Aretha versies. Frontier 4.0 probeert deze problemen wel aan te pakken, met een volledige Frontier handleiding die nu online beschikbaar is, en met een aantal Frontier "leerboeken" gemaakt door gebruikers, die CGI scripting en andere onderwerpen behandelen. Bovendien kan de Frontier gebruikersgemeenschap biezonder hulpvaardig zijn - bekijk de Frontier-Talk mailinglist maar eens als je wil ontdekken wat Frontier kan doen.

<http://www.scripting.com/frontier/docs.html >
< http://www.scripting.com/frontier/mailinglists.html >

Mail Drop, het Eudora Alternatief

door Peter Hinely

Slechts weinigen zijn bekend met Mail Drop, een geweldig freeware mail-programma voor de Mac. Mail Drop is een IMAP email-programma ontwikkeld door Carl W. Bell als project voor de Baylor Universiteit. IMAP is een protocol voor mailbox-toegang op afstand, volgens de regels van het POP3-protocol gebruikt door Eudora. Het IMAP-protocol verschilt echter van POP3, en biedt een veel uitgebreider voorbeeld voor het op afstand ophalen van email. Het POP3-protocol is een simpel protocol met vrij beperkte mogelijkheden voor mail-beheer op een server. Wanneer een POP3-client contact maakt met een mail-server, kan het in principe twee dingen zeggen: "geef me al mijn mail" of "geef me al mijn mail en wis dan jouw kopie". Wanneer je je mail altijd leest met behulp van dezelfde POP3 mail-client op dezelfde computer is er niks aan de hand, maar als je ooit geprobeerd hebt om toegang tot je mailbox te krijgen vanaf verschillende client-machines zul je op de hoogte zijn van het synchronisatie-probleem dat dan optreedt.

Een IMAP-client echter kan specifieke informatie over berichten opvragen. Met IMAP blijft de mail op de server staan totdat je die server de opdracht geeft deze te wissen. Voor mensen die hun mail nakijken vanaf meerdere computers of voor toegang tot een gezamenlijke mailbox, is IMAP ideaal. Met IMAP is het ook mogelijk om berichten van de ene mailbox naar de andere mailbox op een server te verplaatsen, en om verzonden mail op de server te bewaren. Zie voor meer informatie over het IMAP-protocol:

<ftp://ftp.cac.washington.edu/imap/imap.vs.pop.brief >

Mail Drop, dat je in staat stelt om een email account op een IMAP server te bereiken, is intuïtief en gemakkelijk in het gebruik. Als je Mail Drop gebruikt om verbinding te leggen met je mail server, in plaats van de berichten in hun geheel van de server te halen, download Mail Drop selecte informatie over elk mail bericht (datum van het bericht, onderwerp, afzender, grootte, en of het bericht attachments heeft) en geeft die informatie weer in een lijst. Om een bepaald bericht te lezen, dubbel-klik op de listing van dat bericht, en vervolgens (en alleen dan) zal Mail Drop de body van het bericht downloaden. Als het bericht een attachment heeft, zal dit aangegeven worden in het window van het bericht. Je kunt Mail Drop de opdracht geven om het attachment te downloaden, of om het attachment van de server te verwijderen. (Dit is bijzonder handig als je email ontvang via een modem-verbinding.)

Mail Drop breidt qua mogelijkheden gestaag uit, en de nieuwste beta versie ondersteunt handige zaken als drag & drop van een adresboek naar ontvanger-velden, drag & drop van files van de Finder naar de attachments lijst, en drag & drop files tussen mappen op de mail server. Mail Drop ondersteunt AppleDouble, AppleSingle, BinHex en MIME. Als je een bijzonder lang bericht ontvangt, kan Mail Drop je alleen de eerste 32K van het bericht laten zien, maar je kan meteen het gehele bericht opslaan om het zo in een ander programma te bekijken. Mail Drop is ook 'URL-aware': als je command-klikt op een URL in de body van het bericht, zal Mail Drop de URL openen met de desbetreffende help-applicatie.

Als je geïnteresseerd bent in Mail Drop, kan je de nieuwste beta-versie van de onderstaande URL downloaden. Pas op: je moet toegang hebben tot een IMAP mail server om Mail Drop te kunnen gebruiken; hoewel veel Internet providers alleen POP3 bieden, ondersteunen sommige sites zowel POP3 als IMAP. Als je niet zeker bent van je eigen situatie, is het verstandig dit na te gaan bij je Internet provider of systeembeheerder.

<http://ackmo.baylor.edu/files/Mail_Drop/info.html >

De hete beta-adem in uw nek

door Geoff Duncan

't Is wel gek, maar hier op TidBITS gaat geen dag voorbij of we horen over een nieuw "beta"-programma. Soms een utility, een web browser een plug-in of een groot commerciëel programma. Wat het produkt ook moge zijn, het is in "beta" en iemand wil dat we erover schrijven - uiteraard ten bate van onze lezers.

In de tijd vóór de hoge populariteit van Internet was "beta"-software een mysterieus ding. Als je de juiste man kende, op de juiste lijsten stond en naar de geschikte shows ging, kon het gebeuren dat iemand in je oor fluisterend vroeg of je zin had software in aanmaak te testen. Vaak moest je dan een geheimhoudingsovereenkomst ondertekenen en er werd je ten stelligste verboden over de te testen software te spreken tot zij officiëel werd uitgebracht. "Publieke "beta's" waren volslagen onbekend en zelfs ervaren gebruikers kenden zelfs de term niet.

Met de komst van Internet werd het "beta"-stadium volledig herbedacht en, eerlijk gezegd ben ik daar niet zo gelukkig mee. Wat is eigenlijk de bedoeling van "beta" en waarom zijn er nu zoveel software-ontwikkelaars die zich haasten om hun software te verspreiden, die niet eens afgewerkt is en misschien onstabiel en gevaarlijk te gebruiken? Wat gebeurt er hier?

De (echte) betekenis van beta -- Hoewel er geen universele methodologie bestaat voor het ontwikkelen van software, mag gesteld worden dat gedegen softwareprodukten meestal een reeks ontwikkelingsfazen doorlopen. Je kan wel denken dat er in deze faze evenveel varianten zijn als pogingen. Hoewel, een gemiddeld softwareprodukt doorloopt volgende standaard-stadia:

Uit het voorgaande volgt dat een betaversie, theoretisch althans, de volgende drie eigenschappen heeft:

1) de vereisten van het produkt (zowel hardware als software) zijn vastgelegd en dit al gedurende een hele tijd.

2) de code en het lijstje met mogelijkheden van het produkt zijn volledig. Er moeten geen functies meer worden gecodeerd, alle mogelijkheden zijn in het programma opgenomen en kunnen worden getest.

3) Er zitten geen grote bugs meer in het programma die de ontwikkelaars willen oplossen.

Denk eens een ogenblik aan beta-programma's die je onlangs hebt gebruikt en vergelijk ze met de bovenstaande 3 punten. Merk je iets verschillend op?

Wat "beta" nu inhoud -- Ik zal de eerste zijn om toe te geven dat de ontwikkelingsfaze zoals ze hierboven is uiteengezet heel idyllish is en geen rekening houdt met de vele ingewikkelde krachten waaraan de ontwikkeling van software onderhevig is. Produkten van de concurrentie dwingen wijzigingen in de mogelijkheden op, marketing en distributie deadlines korten dikwijls de bovenstaande fazes in. Daarbij komen dan nog de onvoorziene omstandigheden : ooit werkte ik aan een produkt wiens hoofdprogrammeur 3 maanden werkonbekwaam was door een zware longonsteking.

En toch, in veel gevallen -zeker bij Macintosh Internet software- betekent "beta" al lang niet meer wat het vroeger betekende. We hebben programma's gezien die in de beta fase nog bugs bevatten die de programmeurs er nog moesten uithalen en waarvan de mogelijkheden tijdens de betafase nog werden uitgebreid. Of beta's waarvan de hardware en software verreisten nog lang niet vast stonden. Beta betekent tegenwoordig vaak wat "alpha" of "ontwikkeling" vroeger betekende.

De beta-race -- Door het ontstaan van een Internet-software-industrie (en door het Internet zelf) is het beta-proces op twee fundamentele manieren aan het veranderen. Ten eerste zijn Internet-beta's snel, wijd verbreid, en (vaak) goedkoop. Het uitvoeren van een betatest via gebruikelijke media - floppydisks of CD-ROM - is relatief duur en (wat belangrijker is) het kost tijd. Programmaschijven moeten worden gereproduceerd en daadwerkelijk worden afgeleverd bij een aantal vaste testers, die misschien niet eens representatief zijn voor de potentiële gebruikers van het produkt. Daarentegen wordt bij het uitvoeren van een betatest via het Internet met het tijdverlies en met reproductie- en portokosten afgerekend, en bovendien wordt een grote verscheidenheid aan gebruikers bereikt. In veel gevallen wordt ook de communicatie met de betatesters vereenvoudigd, aangenomen dat ze allen de beschikking hebben over e-mail. Een deugdelijk uitgevoerde openbare Internet-betatest kan aanzienlijk bijdragen tot de kwaliteit van een produkt, ook al kost het meer manuren om de grotere hoeveelheid aan 'bug reports' en terugkoppeling te verwerken. Ik denk dat een openbare Internet-beta, als er goed mee wordt omgegaan, in het belang is van zowel de software-ontwikkelaars als de eindgebruikers die graag het allernieuwste willen ervaren.

De medaille heeft echter een keerzijde. Openbare beta's krijgen meestal veel aandacht, vooral op 'mailing lists' en nieuwsgroepen, maar ook bij publicaties die zich richten op de computerindustrie, zoals MacWorld, MacWEEK, Wired, en, inderdaad, TidBITS (we voelen ons vaak verplicht om te schrijven over beta-uitgaven waarover 'online' gesproken wordt, voordat we besloten hebben of het produkt echt het overwegen waard is). Wat meer is, beta-uitgaven worden meestal niet zozeer onder de loep genomen als een produkt dat zich al in de schappen bevindt: ernstige fouten in een beta worden vaak gebagatelliseerd of weggewuifd, terwijl er wordt gejubeld over nieuwe eigenschappen en mogelijkheden. Fouten - zelfs zeer opvallende, sinds lang aanwezige fouten - worden vergeven, want het produkt is 'toch maar een beta - wat verwacht u dan?'

Hier hebben we een verkopersdroom die uitkomt. Vroeger benaderden verkopers de Internet-gemeenschap met een "Het kan me niet schelen wat je over me zegt, zolang je mijn URL maar goed hebt". En nu is het "Hier heb je mijn URL, en het maakt niet uit wat je over me zegt - 't is toch maar 'n beta!". Niet alleen krijgen de produkten zo aandacht in de pers, maar ook hoeft het bedrijf zich minder aan te trekken van klachten over fouten en incompatibiliteiten.

beta-terugslag -- Het probleem met het gebruik van openbare beta-testversies om een produkt aan te prijzen en op te laten vallen is dat de kwaliteit ervan in het gedrang komt. Veel produkten met het "beta"-etiket worden nog aan alle kanten gestaag verder ontwikkeld; de programmeurs voegen nieuwe eigenschappen toe en verwijderen andere, ze veranderen de bedieningswijze, en werken nog serieus aan de onderliggende, fundamentele code.

Jammer, maar dat is géén beta. Het is zelfs geen alfa.

Oplettende lezertjes zal het zijn opgevallen dat in dit artikel geen namen genoemd worden van bepaalde produkten of bedrijven. Dat hadden we wel degelijk kunnen doen. Maar met dit artikel beogen wij niet het bekritiseren van bepaalde bedrijven of produkten, of het aanprijzen van anderen. Het doel is te laten zien dat het proces van software-ontwikkeling een fundamentele verandering aan het ondergaan is, en gebruikers die zich door deze verschuiving laten beïnvloeden zouden zich bewust moeten zijn van de concurrerende (en vaak conflictueuze) dynamiek achter die verandering. Ik verwacht dat de term "beta" vanaf volgend jaar steeds minder gebruikt zal worden, en dat in plaats daarvan verschillende varianten met het woord "preview" in zwang zullen komen. Ik raad iedereen aan om goed na te denken vóór het in gebruik nemen van nog in ontwikkeling zijnde software waarvoor ontwikkelaars en bedrijven geen verantwoordelijkheid aanvaarden, en om bijtijds en vaak een back-up te maken van uw gegevens.

En de volgende keer dat iemand zegt: "'t Is een beta, wat had u dan verwacht?", antwoord dan: "software die compleet is, en geen bekende ernstige fouten bevat". Dat is namelijk wat beta betekent.


Niet-winstgevende en niet-commerciele publikaties mogen artikels overnemen of een HTML-link maken als de bron duidelijk en volledig vermeld wordt. Anderen gelieve ons te kontakteren. We garanderen de precisie van de artikels niet. Caveat lector. Publikatie-, produkt- en firmanamen kunnen gedeponeerde merken zijn van hun ondernemingen.

Voor meer informatie over TidBITS: hoe zich te abonneren (enkel engelstalige versie !!!), waar vroegere edities te vinden en andere nuttige dingen, stuur email naar: <[email protected] >. Anders, contacteer ons op: <[email protected] >.

Vroegere edities verkrijgbaar via ftp en www:
< ftp://ftp.tidbits.com/pub/tidbits/issues/ >
< http://www.dartmouth.edu/pages/TidBITS/TidBITS.html >

Om oude edities te zoeken, gebruik volgende URL met een webbrowser:
< http://wais.sensei.com.au/searchform.html >