#1518: iCloud-back-ups verwijderd na 180 dagen, de zaak voor ARM Macs, Apple stopt met iBooks Author
Wie voor zijn iPhones en iPads op iCloud back-up vertrouwt, moet zich ervan bewust zijn dat Apple inactieve back-ups na 180 dagen automatisch verwijdert. Ander slecht nieuws is het einde van de ondersteuning voor iBooks Author, ooit een baanbrekend gereedschap om e-boeken te maken, waarvan de meeste functies nu zijn opgenomen in Pages van Apple. Er doen weer veel geruchten de ronde dat Apple voortaan zijn eigen ARM-chipsets in zijn Macs zou gebruiken in plaats van Intel-processoren. Apple-veteraan David Shayer legt ons deze week uit waarom Apple dit zou doen. Belangrijke nieuwe versies van Mac-apps deze week zijn Art Text 4.0, EagleFiler 1.8.14, Typinator 8.4.1, Default Folder X 5.4.6 en Logic Pro X 10.5.1.
- Kijk uit! iCloud-back-ups verwijderd na 180 dagen
- Apple stopt met ondersteuning voor iBooks Author
- De zaak voor ARM-Macs
- Volglijst: Mac App Updates
- ExtraBITS
De Nederlandse editie van TidBITS is een letterlijke vertaling van de oorspronkelijke Engelse versie. Daarom is het mogelijk dat een deel van de inhoud niet geldt in bepaalde landen buiten de VS.
Dit nummer werd uit het Engels vertaald door:
• Thierry Kumps
• Jos Poelmans
• Paul Bánsági
• Elmar Düren
• Jos van den Berg
• Paul Bánsági
• Henk Verhaar
• Dirk Paul Flach
Verder werkten mee:
• Coördinatie: Renate Wesselingh
• Montage: Elmar Düren
• Eindredactie: Johan Olie, Sander Lam & Elmar Düren
Hoe je ons kunt bereiken kun je lezen op <de contactpagina>
Kijk uit! iCloud-back-ups verwijderd na 180 dagen
[vertaling: TK]
TidBITS-lezer Walter Ian Kaye had een eenvoudige vraag: “Wist je dat Apple iCloud-back-ups van meer dan 180 dagen verwijdert? Ik niet. 😭”
Ik ben altijd verbijsterd wanneer ik zie dat ik een van de uitdrukkingen van mijn zoon overneem, en mijn onmiddellijke reactie was een stukje tienertaal die uit zijn zijn middelbareschooljaren: “Wacht, wat?”
Ik had er geen idee van dat Apple iCloud-back-ups na 180 dagen verwijdert, en een snelle rondvraag in het TidBITS Slack-kanaal wees uit dat andere TidBITS-medewerkers dit ook niet wisten.
Uit een snelle Google-zoekopdracht bleek echter dat dit absoluut niet nieuw is. Ik vond al klachten van ontstelde iCloud-gebruikers in 2014, en Take Control-auteur Kirk McElhearn vermeldde het al in een artikel in Macworld uit 2013.
Apple geeft dit wel degelijk op verschillende plaatsen aan, onder meer in de Gebruikershandleiding iCloud, het support-document iCloud-opslag beheren en de iCloud-voorwaarden. Maar wie een waarschuwing over een dergelijke beperking in de iOS-interface verwachtte, zoals op het scherm waar je iCloud-back-up inschakelt of informatie ziet over wat er in de back-up zit, komt bedrogen uit.
Apple heeft deze informatie dan wel niet zo goed verborgen als de plannen voor het neerhalen van het huis van Arthur Dent in The Hitchhiker's Guide to the Galaxy, maar het effect is in grote lijnen hetzelfde als je je iCloud-back-up wil terugzetten, en dan tot de vaststelling komt dat Apple hem verwijderd heeft, en de enige waarschuwing hiervoor in support-documenten staat die je nooit hebt gelezen.
Enerzijds is het logisch dat Apple back-ups van apparaten (die vrij groot kunnen zijn) en die niemand nog zal willen gebruiken, wil verwijderen. Er worden back-ups gemaakt in iCloud van honderden miljoenen apparaten, en de opslagvereisten zijn dan ook gigantisch.
Aan de andere kant, meent Apple dit echt?!? De enige back-up van een gebruiker verwijderen, vooral zonder duidelijke documentatie in de gebruikersinterface en zonder uitdrukkelijke waarschuwing voor het verwijderen, is gewoon onaanvaardbaar.
De meeste gebruikers zullen natuurlijk nooit met dit probleem geconfronteerd worden. Het is ongewoon dat iemand een back-up zou maken, die dan 6 maanden niet veranderen, en dan willen terugzetten. Ongewoon, maar verre van onmogelijk. Walter had een back-up gemaakt van een stervende iPad en was aan het sparen voor een nieuwe, in de veronderstelling dat hij de back-up kon terugzetten omdat hij Apple elke maand betaalde voor 200 GB iCloud-opslag.
Apple heeft duidelijk al een gepland proces dat de ouderdom van back-ups controleert en back-ups van meer dan 180 dagen verwijdert. Zo moeilijk kan het niet zijn voor de technici van Apple om dat proces te veranderen en een e-mailbericht naar elke gebruiker te sturen met deze informatie:
Uw iCloud-back-up voor “Adam's iPad 2” van 1 januari 2020 vervalt op 30 juni 2020. Na deze datum wordt uw back-up verwijderd. Maak voor deze datum een nieuwe back-up met dat apparaat om dit te voorkomen.
Ze zouden nog beter een koppeling in die e-mail zetten waarop de gebruiker kan klikken om de teller van 180 dagen te resetten. Zo zouden mensen zoals Walter kunnen voorkomen dat hun back-up vervalt tot zij hem kunnen terugzetten.
Wie er intussen zeker van wil zijn dat een back-up van een iOS-apparaat onbeperkt blijft bestaan, moet er een back-up van maken op zijn Mac, met de Finder in macOS 10.15 Catalina of met iTunes in vorige versies van macOS (er zijn ook nog andere verschillen tussen de soorten back-up, maar de beperking van 180 dagen wordt niet vermeld). Lokale back-ups kunnen helaas veel ruimte innemen (de back-up van mijn iPhone 11 Pro is meer dan 67 GB). Bovendien moeten zij worden opgeslagen in ~/Bibliotheek/Application Support/MobileSync/Backup/
, wat een probleem kan zijn voor wie een kleine opstartschijf heeft. Dat was nou net de reden waarom Walter iCloud Back-up gebruikte.
Apple stopt met ondersteuning voor iBooks Author
[vertaling: JP, PAB]
Apple heeft de deelnemers aan zijn iTunes Connect-media publicatiedienst meegedeeld dat de iBooks Author-app voor de Mac "niet langer zal worden bijgewerkt en binnenkort zal worden verwijderd uit de Mac App Store". Dit wordt al lang gevreesd door fans van iBooks Author (zie “iBooks Author-conferentie benadrukt zorgen over het iBooks-ecosysteem,” 24 oktober 2017).
iBooks Author, geïntroduceerd op een evenement voor speciaal onderwijs begin 2012 (zie Apple gaat terug naar school met iBooks 2, iBooks Author en iTunes U, 19 januari 2012), was Apple's poging om een hulpmiddel te bieden voor "leerkrachten en kleinere uitgevers om hun eigen boeken te maken.” In plaats daarvan zal Apple zijn software voor het maken van e-boeken nu richten op Pages en heeft het een ondersteunend document geleverd, “Overgang van iBooks Author naar Pages,” om gebruikers van iBooks Author te helpen de overstap te maken naar de Apples voor tekstverwerking en pagina-layout.
Bij de introductie in 2012 leek iBooks Author een hernieuwde interesse in instructiesoftware van Apple in te luiden. iBooks Author was ontworpen om leerkrachten de creatie van interactieve tekstboeken te geven, het bood krachtige maar (relatief) eenvoudig te gebruiken tekstverwerkings- en e-boekopmaakfuncties met een bibliotheek van "widgets" en de mogelijkheid interactieve items in manuscripten te 'droppen', zoals fotogalerijen, ingebedde spreadsheets, quizzen en verschillende soorten media.
E-boeken geproduceerd met de vroege versies van iBooks Author waren echter geen standaard EPUB-documenten, leesbaar in e-boek lezers van derden. In plaats daarvan werden ze beperkt tot Apples leesprogramma iBooks, dat ondersteuning bood voor de niet-standaard interactieve inhoud die iBooks Author boeken konden bevatten. Toch maakten veel uitgevers gebruik van de software om mediarijke boeken te produceren die niet voor de onderwijsmarkt bestemd waren, zoals reisgidsen en kookboeken.
iBooks Author kreeg het al snel zwaar te verduren: Apple's boekuitgeverij kwam slechts een paar maanden nadat iBooks Author werd uitgebracht, terrecht in een antitrustzaak over prijsafspraken (zie “De rechtszaak over Apples e-boekprijsafspraken toegelicht,” 10 juli 2013). Terwijl Apple de strijd aanging in het proces, dat het uiteindelijk verloor, leek het bedrijf zijn interesse te verliezen in het promoten van de app en het bieden van ondersteuning aan leerkrachten die de app wilden gebruiken. Apple is doorgegaan met het bijwerken van iBooks Author en heeft zelfs ondersteuning voor het exporteren naar EPUB-formaat toegevoegd (zie “Updates breiden het bereik van iBooks Author uit,” 10 juli 2015), maar het bedrijf noemde het zelden in het openbaar.
In plaats daarvan richtte Apple zijn aandacht op Pages. Pages was lang onderdeel van Apple's iWork-suite en werd door Apple volledig opnieuw ontworpen, terwijl het bedrijf voor de rechtbank vocht voor zijn boekenhandel. Toen het programma, nu Pages 5, eind 2013 arriveerde, beschouwden de meeste waarnemers het als arm aan functies vergeleken met de vorige versies van Pages (en voor iBooks Author) en bood het geen van de onderscheidende mogelijkheden die iBooks Author bezat (zie “Nieuwe, gratis iLife- en iWork-apps delen tussen apparaten en platforms”, 22 oktober 2013). Maar Apple bleef de mogelijkheden van Pages verbeteren en uitbreiden en recente versies van Pages bevatten e-boeksjablonen, e-boekpublicatiemogelijkheden en mediafuncties die vergelijkbaar zijn met die van iBooks Author, zie “Pages 7.3, Numbers 5.3 en Keynote 8.3”, 12 november 2018).
Met de op handen zijnde verdwijning van iBooks Author is Pages de enige app voor het publiceren van e-boeken van Apple dat beschikbaar is voor uitgevers en docenten. Wat uitgevers betreft kan de huidige versie van Pages wellicht de leegte opvullen die de afwezigheid van iBooks Author zal creëren. De opmaakmogelijkheden van e-boeken zijn behoorlijk krachtig geworden en in tegenstelling tot iBooks Author kan Pages standaard EPUB-boeken produceren die op andere apparaten dan die van Apple kunnen worden gelezen.
Voor docenten is Pages een allegaartje. Aan de ene kant heeft Pages slechts een paar tegenhangers van de widgets in iBooks Author, met name media- en afbeeldingsgalerijen. Aan de andere kant draait Pages op iPads, iPhones en webbrowsers en op Macs en biedt het samenwerkingsmogelijkheden die iBooks Author nooit bezat.
Dit laatste punt is belangrijk. Hoewel docenten toegang zouden moeten hebben tot krachtige tools voor het publiceren van e-boeken, hebben maar weinig werkende leraren de tijd of expertise om zelf boeken te schrijven en te publiceren, terwijl ze ook lesplannen voorbereiden, opdrachten nakijken en natuurlijk lesgeven. De werklast kunnen delen, samenwerken met andere docenten en materiedeskundigen aan een boekproject, is een mogelijkheid die iBooks Author nooit heeft geboden.
In tegenstelling tot het spreekwoordelijke hondenhok waarin iBooks Author het afgelopen decennium is weggezakt, heeft Apple Pages regelmatig bijgewerkt en met ten minste een beetje fanfare, zodat mensen weten dat het bestaat. In veel opzichten is Pages de uitgebreide media-authoring-app geworden die iBooks Author wilde zijn. We kunnen slechts hopen dat Apple meer van de iBooks Author-widgets naar toekomstige versies van Pages brengt.
Gelukkig hoeven ervaren iBooks Author-gebruikers hun harde werk niet weg te gooien wanneer het programma dat ze hebben gebruikt eindelijk verdwijnt in de grote bit-emmer in de hemel. In de brief aan iTunes Connect-leden schreef Apple: "Als je iBooks Author-boeken hebt die je in Pages wilt importeren voor verdere bewerking, dan hebben we binnenkort een functie voor het importeren van boeken naar Pages."
Als die importfunctie goed werkt, is de ondergang van iBooks Author, hoewel triest, misschien niet zo hartverscheurend voor aspirant-educatieve auteurs als het zou kunnen zijn.
De zaak voor ARM-Macs
[vertaling: LmR, JWB, PAB]
Hardnekkige geruchten beweren dat Apple gaat overstappen van de x86-processoren van Intel in de huidige Macs, naar ARM-processoren zoals Apple's A-serie chips, die de motor zijn van iOS-apparaten. Apple heeft niets over een dergelijke overgang gezegd maar dat is normaal bij Apple. Onlangs schreef Mark Gurman bij Bloomberg echter over dat Apple in 2021 zou overstappen naar ARM-Macs (“Bloomberg: Apple start de overgang van de Mac naar ARM in 2021,” 27 april 2020) en en hij kwam deze week met nog een artikel, waarin hij aangaf dat de aankondiging wel eens zou kunnen komen op 22 juni 2020 tijdens Apple's Worldwide Developers Conference. Hoewel Bloomberg zo zijn problemen heeft (zie “Apple ontkent categorisch Businessweeks rapport over een hack vanuit China,” 8 oktober 2018), staat Gurman bekend als een betrouwbare bron, en vanwege zijn treffende verslaggeving.
ARM is verreweg de meest populaire processor-familie ter wereld. Hoewel er enkele miljarden Intel-pc's zijn, zijn er meer dan 100 miljard ARM-apparaten. Toen Apple Intel-based Macs ging maken, waren dat de eerste grote producten die Apple ooit had gemaakt met een x86-chip. Maar Apple heeft heel veel ervaring met ARM-chips. Het eerste Apple-apparaat met een ARM-processor was de Newton in 1993. Sindsdien plaatste Apple ARM-processoren in de iPod, iPhone, iPad, Apple Watch en Apple TV.
Apple is twee keer eerder succesvol van Mac-processor gewisseld. In 1994 stapte Apple over van de Mac's oorspronkelijke 68000-processoren van Motorola naar PowerPC-processoren van IBM. En in 2006 liet het bedrijf de PowerPC vallen ten faveure van x86-processoren van Intel. Beide keren verliep de overstap redelijk gladjes, door jaren van testen. Apple liet al een versie van Mac OS X op Intel-chips draaien, jaren voordat de eerste Intel-Macs op de markt kwamen. Het is bijna zeker dat op dit moment al ergens, in een of ander geheim laboratorium, een versie van macOS op een ARM-processor draait.
Ik heb geen "inside"-informatie of Apple inderdaad werkt aan ARM-Macs, maar laten we eens kijken naar de voor- en nadelen van een overstap van Intel naar ARM.
Het meest voor de hand liggende voordeel: minder stroomverbruik
Het meest genoemde voordeel van ARM-processoren is het lagere stroomverbruik. Het is waar dat ARM-processoren minder stroom verbruiken dan Intel’s x86-processoren. Dit voordeel komt deels door ARM’s relatief strakke, moderne ontwerp, tegenover de jaren aan bagage die Intel heeft vergaard sinds de originele 8086-processor. Maar misschien nog belangrijker, is de manier waarop ARM Apple de mogelijkheid zou geven om de specifieke ondersteuning die ze nodig hebben rondom hun eigen ontwerp van de ARM-chip te bouwen, in plaats van te moeten vertrouwen op confectie-onderdelen die Intel ontwierp voor algemene pc-implementaties.
Minder stroomverbruik zou op diverse manieren kunnen leiden tot betere Macs. Een langere batterijduur op je laptop ligt het meest voor de hand. In plaats van acht uur zou een ARM-laptop met dezelfde vorm misschien wel twaalf uur op één lading werken. Maar aangezien Apple altijd probeert dunnere, lichtere laptops te maken, zou het bedrijf kunnen besluiten dat 8 uur batterijtijd voldoende is voor de meeste gebruikers, en daarom nog eerder een kleinere batterij gebruiken in een nog dunner, vederlicht laptop-ontwerp.
Minder stroomverbruik zou ook betekenen dat de processor minder hitte produceert, waardoor heatsinks kleiner zouden kunnen worden en er minder herrie is van de ventilator. Dit zou voor zowel laptops, als vaste computers voordelig zijn. Computers die weinig marge in hun thermische ontwerp hebben, zoals de iMac Pro, zouden veel krachtiger processoren in dezelfde behuizing kunnen krijgen, of een kleinere behuizing met dezelfde processorkracht.
Maar een lager stroomverbruik zou niet het enige voordeel zijn om naar ARM over te stappen, en zelfs niet eens het belangrijkste.
Apple's ware motivatie: controle en winst
Apple wil graag controle over zijn eigen toekomst, en de beste manier om die momenteel te krijgen, is met een eigen routekaart voor de processor. "routekaart" duidt op toekomstgerichte ontwikkelplannen: welke functies worden er toegevoegd en in welke volgorde? In welk tempo? Welke fabrieken en processen worden ingezet, hoeveel processoren worden er gefabriceerd, en hoeveel daarvan krijgt iedere fabrikant? Apple wil niet afhankelijk zijn van Intel voor dit soort belangrijke besluiten. Een beroemde uitspraak van Tim Cook: “We geloven dat we de primaire technologieën achter de producten die we maken in eigen beheer, en onder eigen controle moeten hebben.”
De andere reden voor de overstap van Intel naar ARM is winst. Intel-processoren zijn producten met een hoge marge, en Apple wil die graag zelf hebben, in plaats van aan Intel te moeten betalen.
Kortom, Apple's belangrijkste reden voor het overstappen van de Intel x86 architectuur naar de ARM architectuur is zakelijk, niet technisch. Laten we eens kijken naar deze en vergelijkbare zakelijke besluiten.
Routekaart
Een routekaart voor een eigen processor geeft Apple meer controle over zijn producten. In plaats van vast te zitten aan de componenten die Intel in een bepaalde chipset stopt, kan Apple een "System On a Chip" (SOC) ontwerpen, speciaal voor de Mac, zoals ze dat al jaren doen voor iOS-apparaten. Apple zou zelf het aantal en type kernen kunnen kiezen, de media-kernen van de digital-signal-processor, de grootte van de data- en instructie-caches, de geheugencontrollers, USB-controllers, Thunderbolt-controllers, enzovoort. Apple zou niet alleen controle krijgen over een enkele chip maar over de hele toekomst van de processor-lijn.
In tegenstelling tot pc-makers, die werken met een licentie op Windows van Microsoft of ChromeOS van Google, beheert Apple ook zijn eigen besturingssysteem. Dit geeft Apple een enorm voordeel op zijn concurrenten. Apple's nieuwste iPhone-SOC's bevatten zowel snelle als langzame kernen, die het bedrijf “prestatie”- en “efficiëntie”-kernen noemt. De geadverteerde snelheid van een computer, zoals “3 GHz-processor” is de snelheid van de snelle kernen. Als je iets doet dat veel van de processor vraagt, zoals het renderen van video in Final Cut Pro X of het compileren van een iPhone-app in Xcode, wordt gebruik gemaakt van alle snelle kernen. Als je een e-mailbericht schrijft of een webpagina leest, hoeft de Mac nauwelijks iets te doen. MacOS kan op dit moment kan macOS niet meer, dan de primaire Intel-processor langzamer laten werken. Met een zelf ontworpen ARM-SOC met snelle en langzame kernen, zou macOS kunnen schakelen naar de langzame, efficiëntere kernen. Dynamisch van kernen wisselen, afhankelijk van de taak, is de sleutel tot energiebesparing.
In zijn A-serie chips voor iOS-apparaten heeft Apple ook zelf ontworpen mediakernen voor verschillende taken, zoals het decoderen van video voor een film, audio voor een podcast, en versleuteling. Hoewel Intel-chips vergelijkbare functies hebben (met een aangepaste chip), zou Apple de media-formaten en versleuteling-algoritmes die op Macs het meest worden gebruikt kunnen optimaliseren. En omdat Apple ook de controle heeft over macOS, kan dit ervoor zorgen dat algoritmes van macOS en de processorkernen perfect op elkaar aansluiten, waardoor ze wederom minder stroom zouden gebruiken voor hun taken. Waar Apple-programmeurs nieuwe algoritmes verbeteren, kan een nieuwe generatie mediakernen zo aangepast worden dat die verbeteringen precies ondersteund worden, zonder dat die verbeteringen beschikbaar komen voor de concurrent.
Veel van de code in een moderne Mac-app plakt gewoon API-oproepen van macOS aan elkaar om een taak uit te voeren. Voor veel apps wordt het leeuwendeel van het processor-intensieve werk uitgevoerd door macOS. Dit betekent dat Apple veel van het werk dat die apps doen kan afstemmen op de nieuwe ARM-processoren, nog voordat andere ontwikkelaars de nieuwe ARM-processoren optimaal voor eigen programma's kunnen inzetten. Het afspelen van een film, bijvoorbeeld, bestaat voornamelijk uit het aanroepen van macOS, dat het zware werk doet van het decoderen van de video door middel van Apple's geoptimaliseerde mediakernen.
Productieproblemen van Intel
De afgelopen jaren heeft Intel een aantal productieproblemen gehad. Veel daarvan waren het gevolg van de overstap naar veel erg kleine bewerkingen, met name het etsen van kleinere delen op silicium. Kleinere productieprocessen leveren kleinere chips op, die minder stroom verbruiken en minder hitte opwekken. We weten het nooit helemaal zeker, maar één reden dat Apple de laatste tijd zo weinig nieuwe Macs uitbracht, is waarschijnlijk Intel's traagheid in het produceren van de nieuwe chips die Apple nodig had. Dit moet van invloed zijn geweest op het aantal verkochte Macs. Hoewel Apple nooit in het openbaar klaagt over zijn partners, is het bedrijf duidelijk niet blij met Intel.
Het moeten kopen van Intel-chips maakt Apple afhankelijk van Intel-chipfabrieken. Als Apple zijn eigen chips ontwerpt kan het de fabrieken gebruiken die het wil. Apple werkt momenteel met de A-serie chips van TSMC en Samsung, maar als die bedrijven moeite hebben om aan Apple's wensen te voldoen kan Apple en andere producent gebruiken, ervan uitgaande dat die even bekwaam is. Apple heeft graag diverse bronnen voor onderdelen.
Soms zijn productieproblemen van technische aard, zoals die van Intel. Maar ze kunnen ook van politieke aard zijn, zoals de tarieven die worden toegepast op Chinese goederen, of natuurrampen zoals overstromingen - een ramp in 2011 waardoor Thaise harde schijf-fabrieken moesten sluiten en en wereldwijde tekorten ontstonden. Meer bronnen betekent dat problemen bij één verkoper niet meteen je productie stillegt.
Winst
Naast het scherm, is de processor één van de duurste onderdelen in een computer. De processor is niet alleen duur, hij heeft ook een hoge marge. Bij grote productiehoeveelheden worden processoren verkocht voor veel meer dan het kost om ze te maken. De afhankelijkheid van Intel-processoren betekent dat Intel deze hoge marges in zijn zak steekt, en niet Apple. Zelf processoren kunnen ontwerpen en maken, zou Apple in staat stellen deze marges zelf te behouden. Apple zou computers dan voor dezelfde prijs kunnen verkopen en meer winst kunnen boeken, of het zou dezelfde computers kunnen verkopen voor minder, zonder de welbekende eigen stevige winstmarges schade te berokkenen.
Het lijkt alsof Intel en ARM concurrenten zijn, maar ze hebben in feite totaal verschillende bedrijfsmodellen. Intel ontwerpt een processor en alle bijbehorende ondersteunende componenten zoals geheugencontrollers. Het integreert deze in een SOC. Chips worden geproduceerd in eigen fabrieken, en hoewel Intel de chips rechtstreeks aan computerfabrikanten verkoopt, brengt het ook zijn eigen merk op de markt ("Intel Inside"). Intel verdient het meeste geld met de verkoop van geavanceerde processoren. De snelste daarvan hebben de grootste marges, maar woorden ook weer snel ingehaald door nog snellere processoren, dus Intel is altijd druk in de weer. Intel heeft een paar rivalen zoals AMD, maar voor het merendeel van de high-end processoren is Intel de dominante leverancier.
ARM (voorheen bekend onder de naam Advanced RISC Machines, tegenwoordig Arm Limited) werkt compleet anders. ARM ontwerpt processoren en verkoopt licenties voor de ontwerpen. ARM levert geen ondersteunende componenten en bouwt geen eigen chips. De licentiehouder integreert een ARM-processor en ondersteunende componenten in een SOC - precies wat Apple doet in zijn A-reeks chips. ARM-processoren zijn goedkoop en hebben lage marges, dus ARM verdient geld op volume. Er zijn heel veel meer ARM-processoren dan Intel-processoren - ik hoorde iemand zeggen dat, bij een heel grove schatting, alle processoren ter wereld ARM-processoren zijn.
Intel verdient veel meer geld dan ARM omdat Intel-CPU's dure high-performance chips zijn; en omdat Intel de processoren ontwerpt, bouwt en verkoopt. ARM verkoopt alleen een licentie voor zijn ontwerpen, en de meeste daarvan zijn goedkope modellen met een laag energieverbruik.
Maar Apple verhoogt met succes de prestaties van zijn op ARM gebaseerde processoren, om te kunnen concurreren met de processoren van Intel. Met het ARM-bedrijfsmodel kan Apple concurrerende onderdelen veel goedkoper maken, en de marge zelf houden.
Gerelateerde besparingen
Het gebruik van dezelfde processor in alle Apple-producten, zou bedrijfsbreed efficiënter zijn. De hardwareteams van Apple zouden slechts één processorarchitectuur, één geheugencontroller en één I/O-systeem hoeven te ondersteunen. De meeste apps die zijn geschreven in een hogere programmeertaal zoals Swift of Objective-C, zouden maar weinig aanpassingen nodig hebben. Software in lagere programmeertalen, zoals opstartcode en apparaatstuurprogramma's zouden kunnen worden gedeeld. Ontwikkelgereedschappen en de App Store zouden werk besparen wanneer ze zich kunnen richten op één enkele instructieset-architectuur.
Uiteraard zal het enkele jaren duren voordat deze besparingen gerealiseerd worden. In de tussentijd zal Apple nog een paar jaar Intel-Macs voor klanten en ontwikkelaars blijven ondersteunen.
Hoe zou de overgang eruit zien?
De overgang van Apple van IBM's PowerPC-architectuur naar Intel-x86 ging vrij snel: de hele Mac-lijn schakelde in minder dan een jaar om. Hoewel Apple net zo snel naar ARM zou kunnen overschakelen, kan bedrijf voor een langzamer benadering kiezen. Het meest voor de hand liggende voordeel van ARM voor de klant, komt vooral in kleinere laptops zoals de MacBook Air tot zijn recht. Een ARM-MacBook Air zou krachtiger kunnen zijn dan zijn Intel-voorganger, met een langere levensduur van de batterij. Hij zou tegelijkertijd dunner en lichter zijn: een winnende combinatie. De ARM-SOC's in de huidige iPads zijn al krachtiger dan de Intel-processoren in de meeste Apple-laptops, dus het is logisch om alle Apple-laptops over te zetten naar ARM.
De Mac mini is niet krachtiger dan een high-end MacBook Pro, en kan worden aangedreven door dezelfde ARM-processor. Gebruikers van de iMac, en vooral de iMac Pro, willen waarschijnlijk een krachtigere processor dan de ARM-chips die nu beschikbaar zijn. Het doel van deze computer is niet het evenaren van momenteel geproduceerde producten, maar om deze te overtreffen. Een ARM-chip die wel krachtig genoeg is voor een iMac valt ruimschoots binnen de huidige routekaart van Apple.
Het probleem is de Mac Pro, die afhankelijk is van geavanceerde Intel Xeon-processoren. Het is zeker mogelijk voor Apple om een competitieve ARM-processor te ontwikkelen, de enige vraag is, hoe lang dat zou duren. Bovendien is het verkoopvolume van de zeer dure Mac Pro waarschijnlijk laag. Het is daarom onwaarschijnlijk dat een speciaal daarvoor ontwikkelde ARM SOC ooit zodanig verkocht zal worden, dat hij zelf de kosten van zijn ontwikkeling kan compenseren. Apple zal dit moeten beschouwen als onderdeel van de totale kosten van de overstap naar ARM.
Zolang Apple Intel Macs verkoopt en ondersteunt, moet het twee versies van macOS, twee exemplaren van elke app en twee sets Xcode-ontwikkeltools en App Store-infrastructuur bouwen, testen en onderhouden. Deze inspanning zal aanzienlijke kosten met zich meebrengen. Zodra de overgang begint, zal Apple zo snel als praktisch mogelijk het Intel-tijdperk achter zich willen laten.
Bij eerdere overgangen (Motorola 68000 naar IBM PowerPC, vervolgens PowerPC naar Intel), heeft Apple een emulator in het besturingssysteem ingebouwd, voor programma's die zijn geschreven voor de vorige processorfamilie. Het is logisch om aan te nemen dat Apple ook op nieuwe ARM-Macs een emulator inbouwt voor het draaien van Intel-apps. Eerdere emulators werkten bijna perfect, en een Intel-emulator op ARM zou ook uiterst betrouwbaar moeten functioneren.
Maar om optimaal te profiteren van de nieuwe ARM-chips, zouden externe ontwikkelaars hun Mac-apps opnieuw moeten compileren voor ARM, en updates moeten indienen bij de App Store. Er zijn mogelijk enkele kleine wijzigingen nodig, maar dat hoeft niet erg ingewikkeld te zijn. De App Store accepteert apps die zijn gecodeerd in de LLVM-tussentaal, waarmee ontwikkelaars één gecompileerde versie van hun app kunnen indienen, die vervolgens in de App Store vertaald wordt voor iPhone-modellen met enigszins afwijkende ARM-processoren. Maar de LLVM-tussentaal is niet robuust genoeg om een Intel-app te vertalen naar een ARM-app.
Hoe zit het met Windows?
Eén mogelijk slachtoffer van de overgang naar ARM kan de compatibiliteit met Microsoft Windows zijn. Huidige Macs gebruiken dezelfde Intel-processoren als Windows-pc's, zodat je Windows en verwante programma's op volle snelheid kan draaien. Apple maakt het met Boot Camp gemakkelijk om je Mac op te starten als een Windows-pc, en virtualisatieproducten van derden zoals VMware Fusion en Parallels Desktop draaien Windows binnen macOS. Als Macs geen Intel-chips meer hebben, kunnen ze Windows niet gebruiken, althans niet de standaardversie, die is gecompileerd voor Intel-processoren.
Er zijn verschillende andere opties. De toekomstige Intel x86-emulator van Apple zal mogelijk ook Windows ondersteunen. Er waren Windows-emulators voor PowerPC Macs, maar ze waren nooit zo snel als Windows op een echte pc. De prestaties zijn misschien goed genoeg voor incidentele taken waarvoor Windows vereist is, maar zullen waarschijnlijk onvoldoende zijn voor gamen of ander zwaar gebruik.
Bovendien heeft Microsoft voor de Surface Pro X ook Windows voor ARM uitgebracht, maar de meeste Windows-software van derden is niet beschikbaar in een ARM-compatibele versie. Windows-gebruikers op de Mac zijn een minderheid, en hoewel ze misschien duidelijk van zich zullen laten horen, zijn ze waarschijnlijk met zo weinig dat Apple zich hier geen zorgen over maakt.
ARM en jouw toekomst
De zaak vóór ARM Macs is overtuigend. Op de lange termijn is het voor Apple niet logisch om twee processorfamilies te ondersteunen, dus uiteindelijk zal waarschijnlijk de hele Mac-productlijn naar ARM verhuizen. Als de overgang naar ARM net zo soepel verloopt als die overgang naar PowerPC, en naar Intel, hebben klanten veel te winnen en weinig te vrezen.
--> --> --> --> --> --> -->
Wij leggen uit wat je weten moet over Apple-technologie. |
Vorige aflevering | TidBITS Nederlands | Volgende aflevering