Vorige aflevering | Search TidBITS | TidBITS Homepage | Volgende aflevering

TidBITS#601/15-Oct-01

Mac OS X 10.1 is een succes, maar het is geen onverdeeld succes, en deze week kijkt Matt Neuburg naar een gebied waar de interface van 10.1 zowel inconsequent als onbegrijpelijk is: Open-en-Bewaardialoogvensters. Voor netwerk fanatiekelingen: Adam verbaast zich over de PacketShaper, een netwerkapparaat dat de prestatie van internetverbindingen controleert en verbetert. In het nieuws, 4D verscheept WebSTAR V, Macworld keert terug naar IDG, en Handspring kondigt de hybride mobiele telefoon/handcomputer Treo Communicator aan.

Onderwerpen:

Copyright 2001 TidBITS Electronic Publishing. All rights reserved.
Information: <[email protected]> Comments: <[email protected]>


-> Denk je dat TidBITS interessant is voor <-
-> je vrienden, kennissen, collega's? Geef <-
-> hen de tip zich ook GRATIS te abonneren <-
-> of stuur deze aflevering naar hen door! <-


Je kunt je gratis abonneren op de Nederlandse afleveringen van TidBITS door een (blanco) mailtje te sturen naar: [email protected]. Je krijgt deze dan per e-mail toegestuurd.
Om je abonnement op te zeggen, kun je een mailtje sturen naar: [email protected].



De Nederlandse editie van TidBITS is een letterlijke vertaling van de oorspronkelijke Engelse versie. Daarom is het mogelijk dat een deel van de inhoud niet geldt in bepaalde landen buiten de USA.

Dit nummer werd uit het Engels vertaald door:

Verder werkten mee:


MailBITS/15-Oct-01

[vertaling: SL, RAW]

Handspring kondigt Treo Communicators aan -- Handspring kondigde vandaag de Treo Communicator aan, een kruising tussen een Palm OS handcomputer, een mobiele telefoon, en een pieper. Maar het duurt nog even voor je hem kunt kopen. De Treo 180 is het eerste Palm-apparaat dat een miniatuur toetsenbord heeft in de stijl van de BlackBerry in plaats van het Graffiti systeem met schrijfstift dat kenmerkend was voor de Palm-apparaten sinds de originele Pilot. Wie de voorkeur geeft aan Graffiti kan de Treo 180g bestellen die Graffiti gebruikt. Elk apparaat, dat $400 kost inclusief dienstverlening van de telefoonmaatschappij, heeft 16 MB geheugen, een hoge-resolutie grijstintenscherm, oplaadbare batterij, en het Palm besturingssysteem. De Visor's Springboard uitbreidingssleuf is verdwenen, aangezien de Treo duidelijk meer een opgevoerd mobieltje is dan een echte organizer. Net zo interessant aan de aankondiging van vandaag is de lange aanlooptijd voordat de Treo daadwerkelijk in handen van gebruikers zal zijn: Handspring verwacht dat de Treo 180 en 180g begin 2002 beschikbaar zullen zijn. Een kleurenmodel, de Treo 270 van $600, zal pas midden 2002 verschijnen. Gegeven de snelle neergang van de handcomputermarkt en de val van de aandelenprijs van Handspring (op dit moment ongeveer $3, hoewel er in de afgelopen maanden een dieptepunt is geweest van $1.13), gok ik dat de aankondiging speciaal is gedaan om het vertrouwen in het bedrijf te versterken, ook al laten de producten zelf langer dan een financieel kwartaal op zich wachten. Ook kan de aankondiging van Handspring bedoeld zijn om concurrent Palm, Inc een slag voor te zijn, die volgens geruchten werkt aan een draadloos toestel. [JLC]

<http://www.handspring.com/products/communicators/>
<http://www.rim.com/products/handhelds/>

Macworld terug bij IDG -- Vier jaar geleden, tijdens een van de dipjes in de Macintosh-sector, kwam er een einde aan de hevige concurrentie tussen de twee belangrijkste Macintosh-tijdschriften, Macworld en MacUser, doordat International Data Group (IDG) en Ziff Davis de twee lieten samengaan (met Ziff Davis' MacWEEK) tot een joint venture genaamd Mac Publishing. Direct na de fusie verscheen MacUser ingevouwen in Macworld en MacWEEK worstelde om zijn draai te vinden als een wekelijks magazine, eMediaweekly, en als de dagelijkse webnieuwspoot voor Mac Publishing, tot het uiteindelijk werd geïntegreerd in de MacCentral nieuws-site die Mac Publishing in 1999 in bezit kreeg. Nu heeft IDG Ziff Davis uitgekocht uit de joint venture en is Mac Publishing een volle dochter van IDG geworden. Binnen IDG komt de Amerikaanse Macworld nu samen met de Macworld Conference & Expo en de andere tien, internationale versies van Macworld. Deze verhuizing is goed voor Mac Publishing en de Macintoshsector, want de joint venture was een merkwaardige bedrijfsstructuur die nog obscuurder werd door de competitie tussen IDG en Ziff Davis. [ACE]

<http://maccentral.macworld.com/news/0110/10.macworld.php>
<http://db.tidbits.com/getbits.acgi?tbser=1208>

WebSTAR V verkrijgbaar voor Mac OS X -- 4D, Inc. heeft de WebSTAR Server Suite V for Mac OS X uitgebracht, en daarmee verhuist weer een lang bestaande Mac OS internetserver naar Apple's nieuwe besturingssysteem, ondanks de ingebouwde serie van op Unix gebaseerde internetservers. WebSTAR V is nu 'native' voor Mac OS X en Mac OS X Server en beweert beter te presteren dan Apache, dankzij de mogelijkheid tot gebruik van meerdere processoren en verbeterde caching. 4D onderscheidt zich ook van Apache door zich te richten op gebruiksgemak, met een administratie-autoriteit die delegeerbaar is naar virtuele gastheren en volledige administratie op afstand. Andere nieuwe en verbeterde kenmerken zijn de behoorlijk snellere zoekmachine, ingebouwde WebDAV bestandsuitwisselingsdiensten, ondersteuning voor Unix- en Perl-CGI's, verbeterde beveiligingsmogelijkheden met SSL-ondersteuning, automatische controle en indien nodig herstarten van de server door WebSTAR Admin, en een FTP-server die op meerdere FTP-adressen kan luisteren. Voor WebSTAR V heb je Mac OS X 10.0.3 of nieuwer nodig met tenminste 128 MB RAM en 50 MB ruimte beschikbaar op je harde schijf. Opwaarderen vanaf WebSTAR 3.x kost $300, $200 voor eigenaars van WebSTAR 4.x. Nieuw kost WebSTAR nu $400 (was $600) en het wordt geleverd met ondersteuning en opwaarderingen voor een jaar. Daarna moet je jaarlijks hernieuwen voor $180 om ondersteuning en opwaarderingen te blijven ontvangen, maar WebSTAR blijft ook zonder hernieuwing gewoon werken. Er is een gratis demo beschikbaar. [ACE]

<http://www.webstar.com/>


Apple's gemene geheimpje

door Matt Neuburg <[email protected]>
[vertaling: MK, MSH, JG]

De stofwolken zijn opgetrokken, en met versie 10.1 van Mac OS X is Apple's nieuwe besturingssysteem de luiers ontgroeid en kan het op eigen benen staan. We hebben allemaal zo onze eigen lievelingsverbeteringen: de nieuwe toetscombinaties voor het besturen van menu's en dialoogvensters, kopiëren en plakken (en ongedaan maken!) voor het beheren van bestanden in de Finder, het eerherstel van AppleScript. Maar wat is het slechtste in Mac OS X? Een retorische vraag moet je nooit beantwoorden, dat ga ik hier voor je doen. Nee, het zijn niet de extensies die het laatste stuk van je bestandsnamen ontsieren (hoewel ik graag toegeef dat het niet veel scheelt). Het is ook niet het ontbreken van ondersteuning voor je favoriete randapparaat. Ik zelf kies voor de nieuwe dialoogvensters voor het openen en bewaren van bestanden.

Al sinds Systeem 6 kan ik Apple's Open- en Bewaardialoogvensters niet uitstaan. Waarom? Kijk maar eens naar mijn moeder als die met haar Mac werkt: haar handige computer, met een standaardomgeving, die de Finder heet (hoewel ze dat niet helemaal doorziet), die het heel eenvoudig maakt haar weg door het bestandssysteem te vinden. Ze is gewend geraakt aan de manier waarop dat werkt - ze is er zelfs heel handig in. Maar steeds als ze een bestand wil openen of bewaren, worden haar plotseling beperkingen opgelegd door een klein dialoogvenster waarin het allemaal heel anders en onhandiger toegaat. Dit bewerkstelligt bij haar de Totale Verwarring. Ze weet niet meer waar ze is en hoe ze op de plek moet komen waar ze wil zijn; ze mist alle visuele hulpjes die haar in de Finder wel helpen zich te oriënteren, en ze kan alle handige en snelle manieren om ergens te komen ook niet meer gebruiken.

Ontwikkelaars hebben hierover op iedere World-Wide Developer Conference talk-back sessie de afgelopen tien jaar of meer steeds bij Apple geklaagd. Apple had de kans om in Mac OS X voorgoed met dit lang bestaande probleem af te rekenen, en dit onderdeel helemaal opnieuw te ontwerpen. Ze hebben het bijna volledig verprutst.

Ik zeg "bijna" omdat een paar dingen wel degelijk beter zijn geworden. De nieuwe Open- en Bewaardialoogvensters zijn in meer kolommen ingedeeld, dus is het makkelijker te weten waar je bent in de bestandshiërarchie. De interface in het menu met betrekking tot veelgebruikte en "favoriete" mappen is veel beter dan in het Navigation Services dialoogvenster van Mac OS 9, zodat het veel waarschijnlijker is dat je hem ook zult gebruiken; bovendien worden er ook een paar recent gebruikte mappen weergegeven. Een paar verbeteringen die werden ingevoerd met de Navigation Services zijn ook doorontwikkeld. Je kunt de afmetingen van de dialoogvensters wijzigen (hoewel deze mogelijkheid zich in Mac OS X niet aan je opdringt, omdat soms de groeihandvatjes niet worden getoond). En als je erin slaagt de vensters op een handige manier te positioneren, kun je een bestand vanuit de Finder op een Open- of Bewaardialoogvenster laten vallen, om zodoende daar naar toe te navigeren. Dit helpt enorm om de frustratie ongedaan te maken die je opliep als je de map of het bestand dat je nodig had wel kon zien, precies achter het venster in de Finder, maar dat je je toch in allerlei navigerende bochten moest wringen om het ook echt in het venster te krijgen.

Finder imitatie? Maar de vraag blijft: waarom werken de Open- en Bewaardialoogvensters niet zoals in Mac OS X's Finder? (laten we de algemenere vraag terzijde leggen waarom er überhaupt Open- en Bewaardialoogvensters bestaan; ik dacht altijd dat als je een bestand wilt openen of bewaren, je je in de Finder zou bevinden. Maar dat is misschien teveel gevraagd.)

De Finder toont verschillende gezichten: iconen, lijsten of kolommen. De Open- en Bewaardialoogvensters hebben er maar één: kolommen. Waarom? En als dat niet degene is die je aanstaat? Wat is er mis met lijsten? Die tonen niet meerdere kolommen, maar hebben wel enige belangrijke voordelen: vooral dat gesorteerd kan worden via andere criteria dan de bestandsnaam. Waarom kunnen de Open- en Bewaardialoogvensters je dat niet laten doen?

Bovendien is het tonen van kolommen in Open- en Bewaardialoogvensters helemaal niet het echte tonen van kolommen; het is alleen maar een zwakke en onlogische imitatie van de manier waarop de Finder het doet. De gelijkenis met het echte kolommenweergave, in combinatie met de verschillen, resulteert in verwarring. Bijvoorbeeld, bij tonen van kolommen in de Finder kun je handmatig de kolommen verbreden en vernauwen, zodat je lange namen in zijn geheel kunt zien; in de Open- en Bewaardialoogvensters kan dat niet. Als je in de Finder de Optietoets indrukt, zie je terstond een gehele lange naam, die anders gekortwiekt zou zijn; in het Open- en Bewaardialoogvenster gaat dat niet (je moet de aanwijzer over de naam laten zweven, wachten, met je vingers trommelen, totdat de "tooltip" belieft te verschijnen).

<http://db.tidbits.com/getbits.acgi?tbart=06584>

Nog erger, toetsenbordnavigatie werkt anders, zo erg, dat jouw aangeleerd gedrag in de Finder je in de fout kan laten gaan in Open- en Bewaardialoogvensters. In de Finder besturen Tab en Shift-Tab de niveau's, terwijl in de Open- en Bewaardialoogvensters deze je totaal uit de bestandsnavigatie gooien. In de Finder kun je de linker- en rechterpijl gebruiken voor besturing van niveau's en gebruik je de op- en neerpijlen voor bepaling in welk niveau je zit (plus een naam intypen om te springen naar het eerst voorkomende ding met die letter); maar in de Open- en Bewaardialoogvensters werkt dit niet consistent. Soms werkt de rechterpijl; soms doet hij niets - ook al zie ik het niveau waar ik heen wil sturen, ik kan er met het toetsenbord niet komen. Soms doet de linkerpijlknop niets; soms werkt hij wel; soms stuurt hij naar een niveau hoger, maar in plaats van de daar aanwezige map te selecteren, wordt de alfabetisch eerste map op dat niveau gekozen (alsof ik de linkerpijlknop en daarna de op-pijlknop vele keren zou hebben ingedrukt). En voor de ultieme verwarring: probeer eens de op- en neerpijltoets herhaaldelijk in te drukken onder Open- en Bewaardialoogvensters bij Carbon-toepassingen.

Een lettertoets typen is niet beter. Soms tik ik een letter en vind ik dat ik terecht kom in een onbekend gedeelte van de bestandshiërarchie zonder enige betrekking tot waar ik heen wilde gaan. Soms tik ik een letter en het hele bestandsnavigatiegedeelte van de dialoog wordt een lege ruimte!

Om deze waanzin te ervaren heb je een Carbon-applicatie nodig, omdat een gedeelte van het probleem juist is dat Carbon en Cocoa in dit opzicht verschillend werken. Laten we Sherlock eens gebruiken. In Sherlock, kies File -> Open Search Criteria, en in het Open-paneel, navigeer je naar het bovenste niveau van de harde schijf van jouw Mac OS X. Gebruik alleen de pijltoetsen, navigeer naar onder tot /Library/Scripts/URLs. Tot zover ging alles goed maar nu zit je vast; de rechterpijltoets zal je niet in de URL's map brengen. Druk nu de neerpijl. Kon je raden wat er ging gebeuren? Weet je waar je nu bent? Druk de omhoogpijl om te proberen terug te gaan waar je was. Je zou nu erg verward moeten zijn; het navigatiegebied van de dialoog zou blanco kunnen zijn, en je zou enkele vreemde cosmetische storingen aan de linker kant van het paneel kunnen zien. Ik denk dat ik de toetsenbordnavigatie-"regels" hier kan afleiden; maar het doet er weinig toe, omdat ze zowel verschrikkelijk moeilijk op te volgen als wispelturig inconsequent met toetsenbordnavigatie zijn in zowel de Finder en Cocoa-applicatie Open- en Bewaardialoogvensters.

Deze situatie is onaanvaardbaar. Te lang -langer dan 600 TidBITS edities- zijn wij, de gebruikers, ondergeschikt geweest aan deze dwaze splitsing, met twee volledig verschillende manieren van navigeren in de bestandshiërarchie, de Finder en de Open- en Bewaardialoogvensters. Laten we hier niet langer gedwee onder zuchten! Als je ziet dat de Open- en Bewaardialoogvensters zich slecht gedragen, haal niet alleen maar je schouders op. Stuur Apple terug naar de tekentafel en vraag hun niet alleen de overbodige inconsequenties te repareren, maar de hele zwik! Open- en Bewaardialoogvensters zouden net als de Finder moeten werken! Het is nu tijd om met je vuist op tafel te slaan, en de URL waar je dat kunt doen staat hieronder.

<http://www.apple.com/macosx/feedback/>


Internetverkeer boetseren

door Adam C. Engst <[email protected]>
[vertaling: JS, TK, GH, PEP]

Zoals je wellicht nog weet moesten we afgelopen april een aantal TidBITS servers verhuizen van de uitgedoofde breedbandverbinding van Geoff naar de relatief langzame 56 Kbps frame relay-verbinding in ons oude huis in Seattle. We deden wat we konden om artikelen in de cache te houden op onze belangrijkste webserver bij digital.forest zodat ze snel toegankelijk bleven, maar zonder twijfel waren sommige TidBITS-diensten behoorlijk geraakt door de massieve hoeveelheid data die mijn lijn in en uit ging die maand.

Je kunt meer lezen over hoe Geoff omging met het verlies van zijn internetverbinding in "Hoe overleef ik mijn provider?" in TidBITS-588, maar het product dat die episode mogelijk maakte was PacketShaper, een werkelijk magisch netwerkapparaat gemaakt door Packeteer. PacketShapers zijn duur voor sporadisch gebruik, maar voor iedereen die serieus is in het onderhouden en controleren van internetprestaties is een PacketShaper een geschenk uit de hemel.

<http://db.tidbits.com/getbits.acgi?tbart=06494>
<http://www.packeteer.com/products/packetshaper/>

Adam, netwerkdodo -- Dit verhaal begint voordat de breedbandverbinding van Geoff op zwart ging. Iets zorgde ervoor dat mijn internetverbinding traag werd. Technisch gesproken, als ik een ping test deed, waarbij een enkel pakket naar een computer op het internet gestuurd wordt en gemeten wordt hoe lang het duurt voordat het terugkeert, kostte het tussen de 3.000 en 5.000 millisecondes in plaats van de gebruikelijke 100 millisecondes. Dat was te zien - webpagina's verschenen ongelofelijk langzaam, en de verbinding in het algemeen voelde aan alsof die niet reageerde. Zoals ik al zei, traag.

Het probleem kwam sporadisch voor, waardoor het moeilijk te testen was. Gedurende een aantal maanden lukte het me dit te documenteren en mijn ISP te laten verifiëren dat mijn netwerk niet aangevallen werd. De enige andere oorzaak die ik kon verzinnen was een probleem in de apparatuur van de telefoonmaatschappij, dus ik belde Qwest op. Een technicus aldaar keek naar mijn verkeer (gelukkig was het mogelijk hem aan de lijn te krijgen toen het probleem zich voordeed) en hem viel op dat de vertraging alleen zichtbaar was in het uitgaande verkeer van mijn verbinding. Toen ging er een lampje branden: het was helemaal geen netwerkprobleem - het was mijn SE/30 met LetterRip Pro! Telkens als er een van de vertaalde nummers van TidBITS binnenkwam, werd dit zo'n 30 K grote bestand prompt door LetterRip ingepakt en naar tussen de 700 en 1300 mensen verstuurd. Dat is flink wat data, en zelfs als de SE/30 naar de standaarden van vandaag verschrikkelijk achterloopt in snelheid, is deze meer dan in staat mijn 56 Kbps verbinding vol te proppen.

Ik verminderde de ernst van het probleem door het aantal uitgaande verbindingen dat LetterRip Pro per keer kan maken te verkleinen. Maar het baarde me nog steeds zorgen - het voelde niet juist dat mijn kleine SE/30 zo gemakkelijk mijn internetverbinding kan overstromen. Ik was er zeker van dat er een elegantere oplossing moest zijn, en ik wist precies aan welke vriend ik het moest vragen - Richard Ford, een enthousiaste netwerkspecialist die de productmanager voor Open Transport was voordat hij Apple verliet om bij Packeteer te gaan werken. En inderdaad, toen ik hem het probleem uitlegde, bood bij aan een PacketShaper langs te brengen zodat ik kon zien wat er op mijn verbinding gebeurde en hoe ik het verkeer kon "vormen" om het probleem op te lossen. Ik had een van de paarse pizzadoosvormige PacketShapers eerder kort in aktie gezien toen Richard er eentje op de MacHack gebruikte om te voorkomen dat de Hotline-gebruikers alle bandbreedte gebruikten van een 256 Kpbs ISDN-verbinding, dus ik was nieuwsgierig genoeg om het eens beter te bekijken.

<http://db.tidbits.com/getbits.acgi?tbart=05470>

PacketShaper als reddende engel -- Het installeren van de PacketShaper vereiste dat ik mijn netwerk herconfigureerde zodat het tussen mijn router en de rest van mijn netwerk kon zitten, omdat alle verkeer door de PacketShaper heen moet om het zijn magie te laten vertonen. Daarna gebruikten we een browser om de op webpagina's gebaseerde interface van het apparaat te gebruiken en in te loggen via een slimme omgekeerde opzoekaktie waardoor je met een nieuwe PacketShaper kunt communiceren nog voordat het een IP-adres heeft. Een aantal instellingen later was de PacketShaper er klaar voor.

Het eerste dat we deden was kijken naar de netwerkefficiëntiegrafiek, welke liet zien dat mijn netwerkefficiëntie voor internetverkeer vaak niet verder dan 65 tot 75 procent kwam. Dat is erg slecht, omdat het betekent dat een van elke drie of vier pakketten ergens verloren gingen en overnieuw verstuurd moest worden, ten koste van de effectieve bandbreedte van de verbinding. In mijn geval was de reden dat de besturingssystemen ingesteld zijn om te werken over een hogesnelheid Ethernet-netwerk (LAN) en dat ging simpelweg niet samen met een langzame 56 Kbps verbinding. Zelfs met snellere internetverbindingen zijn dergelijke verschillen tussen het LAN en het internet normaal, dus Packeteer heeft een techniek genaamd "rate control" ontwikkeld voor de PacketShaper. Omdat de PacketShaper elk pakket kan zien en bewerken dat van en naar het internet gaat, laat deze instelling het de verbinding zodanig masseren dat de pakketten niet meer zo vaak verloren gaan.

Ik bied op voorhand al mijn verontschuldigingen aan omdat ik zelfs maar in de buurt kom van de overhypte metafoor van de informatiesnelweg, maar als je je het internet voorstelt als een snelweg en de verbindingen tussen het internet en individuele LAN's als opritten, dan werkt de dosering van de PacketShaper een beetje zoals een oprit met toeritdosering waarbij om de zoveel seconden één auto op de snelweg mag, in plaats van iedereen zo snel mogelijk te laten invoegen. Toeritdosering vertraagt iedere auto die op de snelweg wil komen een beetje, met als eindresultaat dat het verkeer vlotter verloopt en de totale capaciteit van de snelweg wordt verhoogd. Dit principe is ook van toepassing in de netwerken, waar het pakketverkeer regelen via een dosering de pieken vermindert en de algemene capaciteit verhoogt door pakketbotsingen te verminderen (pakketbotsingen leiden gelukkig niet tot gewonden, kijkfiles of verzekeringclaims).

Nadat ik de dosering van de PacketShaper had geactiveerd, ging de efficiëntie van mijn netwerk meteen naar 95 à 99 procent, en de verbinding voelde wat responsiever aan.

De volgende stap was de PacketShaper een tijdje laten draaien en afwachten wat hij me verder nog over mijn internetverkeer kon leren. We zetten enkele berichten voor TidBITS Talk in een wachtrij en gingen eten. Toen we terugkeerden, had de PacketShaper een aantal verschillende types van internetverkeer onderscheiden - SMTP, HTTP, FTP, POP, Timbuktu Pro, enzovoort - op basis van de gebruikte poorten en een analyse van de pakketinformatie. Het detecteert de meest gebruikelijke types van internetverkeer automatisch, en je kunt manueel types identificeren die het programma nog niet kent. Hij traceerde tevens ieder inkomend en uitgaand pakket en gaf de resultaten weer in een grafiek, zodat wij verder met de gegevens konden spelen. Een blik op een oppervlaktediagram van de meest gebruikelijke protocols toonde aan dat uitgaande SMTP - al die TidBITS Talk-berichten en berichten i.v.m. de vertaling van TidBITS - inderdaad verantwoordelijk was voor mijn netwerkproblemen. Goedkopere versies van de PacketShaper zijn beperkt tot het controleren van verkeer en weergeven van de resultaten. In een diagnosesituatie kan dat nuttig zijn, maar in dit geval wilde ik ook een oplossing voor mijn probleem, en daar had ik de "vormgevende" mogelijkheden van de PacketShaper voor nodig - partities en voorrangsregels (een PacketShaper met alleen controle-mogelijkheden kun je later wel upgraden).

We zullen even terugkeren naar de analogie met een snelweg. Beeld je een partitie in als een vaste carpoolstrook die is voorbehouden voor auto's met drie of meer inzittenden. De PacketShaper kan een partitie creëren op basis van verschillende criteria - bestemming van het verkeer, bron van het verkeer, type verkeer, enzovoorts - en een bepaalde bandbreedte permanent reserveren voor dat verkeer, net zoals een carpoolstrook ook permanent op de snelweg is aangelegd (maar met de PacketShaper kun je niet vals spelen). Ik kon bijvoorbeeld een partitie instellen waarbij permanent 10 Kbps van mijn 56 Kbps-verbindingen voor uitgaande SMTP werd gereserveerd. Maar dat zou gek zijn, aangezien de resterende bandbreedte vaak voor niets anders nodig zou zijn. Er was dus geen reden om niet de volledige 56 Kbps toe te kennen aan uitgaande SMTP. Partities zijn het nuttigst voor diensten zoals spraak omdat die maar een bepaalde bandbreedte vereisen of in situaties waarbij een webhostingbedrijf de bandbreedte beschikbaar voor individuele klanten zou willen beperken.

In plaats van een vaste strook op de snelweg aan te leggen, verandert een voorrangsregel gewoon de prioriteit van bepaalde types verkeer, een beetje zoals een politiewagen of een brandweerwagen die zijn sirene of zwaailamp inschakelt. Aangezien alle gewone wagens aan de kant gaan staan, hoeft het voertuig van de noodhulp niet af te rekenen met files en komt het sneller vooruit. In de PacketShaper hebben we inkomende HTTP (webpagina's die ik bezocht) of inkomende FTP (bestanden die ik downloadde) sirenes gegeven, zodat zij een hogere prioriteit kregen dan uitgaande SMTP (TidBITS Talk-berichten of vertalingen die werden verzonden). Dit vereist een indrukwekkend aantal berekeningen, wat gedeeltelijk verklaart waarom de PacketShaper een autonoom stuk hardware is en geen software-applicatie die door iets anders in het besturingssysteem zou kunnen worden afgeleid.

Toen ik deze eenvoudige voorrangsregel had ingesteld, waren mijn prestatieproblemen met het internet opgelost. De PacketShaper observeert al het verkeer onopgemerkt, en hij liet uitgaande SMTP zoveel bandbreedte als het wilde gebruiken zolang ik de verbinding niet voor iets anders nodig had. Maar zodra ik naar een webpagina ging of iets begon te downloaden, schroefde de PacketShaper uitgaand SMTP-verkeer terug, zodat de HTTP- en FTP-pakketten zo snel mogelijk op mijn Mac stonden. Aangezien uitgaande SMTP geen interactieve dienst is waar de vertraging zou opvallen, is het enige nadeel dat uitgaande berichten een beetje later werden afgeleverd.

Spitsuur -- Hoe dankbaar ik ook was dat de PacketShaper mijn probleem oploste, ik kon niet beweren dat ik de mogelijkheden van PacketShaper tot het uiterste op de proef stelde. Mijn kans daartoe kwam toen de breedbandverbinding van Geoff het begaf en vijf servers naar mijn woning verhuisden. Plotseling moest de PacketShaper veel meer typen en grotere hoeveelheden verkeer door een te kleine verbinding persen.

Het belangrijkst was natuurlijk uitgaande HTTP, aangezien we willen dat mensen die de TidBITS artikelendatabase doorzoeken en in het TidBITS Talk archief bladeren met de hoogst mogelijke snelheid bediend worden. Ook verhoogden we de prioriteit voor uitgaande POP3, om het voor Geoff eenvoudiger te maken zijn mail op te halen via een 19.2 Kbps modemverbinding. En in de loop van de week erna speelde ik met de voorrangsregels voor andere diensten zoals Timbuktu Pro, FileMaker, en anderen waartoe we af en toe toegang met hoge snelheid nodig hebben, maar die zelden veel verkeer veroorzaken.

Ik maakte ook enkele specifieke rapportages die me grafieken lieten zien van wat voor verkeer binnenkwam en uitging, en zorgde dat die steeds ververst werden om zeker te zijn dat de verbinding stand hield. Het was verbazend. Het varieerde van een piekerig gebruikspatroon dat correspondeerde met de LetterRip Pro die berichten verzond of met mijzelf wanneer ik grote bestanden aan het downloaden was, tot een patroon waarbij het netwerkgebruik onafgebroken vastgepind zat aan het maximum van 56 Kbps. Helaas was ik op dat moment te druk bezig om er aan te denken de grafieken te bewaren voor dit artikel. dus de beste die ik kon vinden dateren van nadat we de servers terugverhuisd hadden naar Geoff's hernieuwde ISDN-aansluiting.

<http://www.tidbits.com/resources/601/>

De PacketShaper gaf ook harde getallen, en daaraan kon ik zien dat een normale dag goed is voor ongeveer 70 MB uitgaand verkeer, maar dat op de eerste dinsdag (voor ons gegevensverkeer de drukste dag) nadat Geoff's servers waren neergezet meer dan 320 MB werd verzonden in 24 uur. Dat is een hoop gegevens voor zo'n kleine verbinding.

Interface ergernissen -- De interne code is natuurlijk bepalend voor een product als de PacketShaper, en je kunt zien dat Packeteer niet half zo veel aandacht heeft besteed aan de interface. De basisfunctionaliteit van PacketShaper is geheel toegankelijk via een op het web gebaseerde interface. Hierdoor werkt het op veel verschillende platforms. Packeteer's technici hebben ervoor gekozen zwaar op JavaScript te leunen, met als gevolg dat je de Macintosh-versie van Internet Explorer praktisch niet kunt gebruiken om PacketShaper te besturen. Netscape (tenminste Netscape Communicator 4.7) op de Mac werkt grotendeels wel, maar als je de grootte van een venster verandert wordt alles ververst, en dat brengt je naar een speciale, maar meestal ongewenste, pagina in de interface van PacketShaper. Netscape lijdt verder aan een probleem met het tekenen van de letters, waardoor de tekst zo klein is dat je het bijna niet kunt lezen. Het is een triest feit dat de overgrote meerderheid van Packeteer's klanten Windows of Unix gebruiken. Daarom heeft de goede werking op de Mac een lage prioriteit, hoewel Richard zich er wel voortdurend sterk voor maakt.

Maar kijken we alleen naar de functionaliteit, dan biedt de op het web gebaseerde interface flink veel flexibiliteit. Je kunt eenvoudig de tijdschalen veranderen voor grafieken, zodat ze de laatste 3 uur verkeer tonen, of de laatste 4 dagen of zelfs de laatste 2 maanden. En het is relatief duidelijk hoe je voorrangsregels en partities maakt, hoewel ik het vaak nodig vond de uitleg in de uitgebreide handleiding te lezen om precies te begrijpen wat ik deed.

Maar hoe welkom de grafische interface ook is, iedereen die serieus aan de slag wil met de PacketShaper zal zijn Unix-achtige commandoregel interface leren. Niet alleen is het veel sneller, maar ook kun je bijna elke willekeurige vraag stellen over de gegevens die PacketShaper heeft opgeslagen. Wil je exact weten naar welke machine een bepaalde piek FTP-verkeer ging op een bepaald moment? De PacketShaper weet het, en kan het je vertellen, maar alleen als je het juiste commando weet te maken. De commandoregel interface komt ook te pas als je probeert een aantal wijzigingen gelijktijdig te maken.

Voor wie? Praktisch gezien is de PacketShaper niet bedoeld voor eindgebruikers of voor hen die eenvoudige eisen stellen aan hun internetverbinding. Het komt 't best tot z'n recht in situaties waar de internet- of de wide area network (WAN-) verbindingen zware eisen stellen en waar de kosten van nog meer bandbreedte te hoog zijn of gewoon niet nodig. Het beste voorbeeld hiervan zijn de internationale WAN-verbindingen, gewoonlijk 56 Kbps tot 384 Kbps frame relay, en satelliet internetverbindingen, waar het installeren van PacketShaper het voor een bedrijf mogelijk maakt om niet of nog niet te investeren in meer bandbreedte. Bij organisaties (zoals grote bedrijven, universiteiten en internetaanbieders (ISP's) die regelmatig kampen met klachten over hun WAN- of internetprestaties kan de netwerkbeheerder met PacketShaper precies zien wat er op z'n netwerk passeert en het dan zo inrichten dat de hoogst mogelijke efficiëntie wordt bereikt.

Scholen en universiteiten beschikken vaak over internetverbindingen met zeer veel bandbreedte, maar de laatste jaren blijkt dat almaar meer bandbreedte nodig is gedeeltelijk vanwege het lijnverkeer tussen lokale servers in de verschillende gebouwen op de campus waar Napster en z'n nakomelingen draaien. Met PacketShaper kan de netwerkbeheerder makkelijk de prioriteit van het muziekverkeer verlagen zodat het kritieke lijnverkeer daar geen last van heeft. Bovendien, als het verkeer afneemt dankzij de juridische problemen van Napster, dan nog kan PacketShaper de netwerkbeheerder laten zien welke concurrerende diensten dan het niet-afgenomen muziekverkeer van Napster hebben overgenomen.

PacketShaper kan je ook uit de brand helpen waar je voor je bandbreedte betaalt naar verbruik, een standaard in veel landen buiten de V.S. Als elke gigabyte lijnverkeer in een maand een bepaalde prijs met zich meebrengt wil je wel weten voor welke data je die rekening betaalt, waar het vandaan komt en waar het naar toe gaat. PacketShaper vertelt het je en helpt je om binnen je bandbreedte-budget te blijven zonder dat het wordt opgemaakt aan muziekjes of video-streaming.

En, bedrijven die websites 'hosten' kunnen PacketShaper inzetten om per klant de gegarandeerde minimum bandbreedte te leveren. Hiermee kun je ervoor zorgen dat een heel populaire website niet alle ruimte wegkaapt bij de andere websites van je bedrijf. Tevens kan PacketShaper ervoor zorgen dat niet-interactief lijnverkeer zoals SMTP e-mail van een grote mailing-lijst niet het verkeer waarop wordt gewacht ophoudt, zoals bijvoorbeeld aangevraagde webpagina's of videoconferenties.

Kosten -- Net als met andere geavanceerde netwerkapparatuur is PacketShaper niet iets dat je bij CompUSA van de plank meepakt. Kosten worden berekend op grond van het enkel bijhouden of ook het manipuleren van het lijnverkeer en op grond van het vermogen van jouw verbinding, dus je kunt rekenen op een prijs tussen de $3.500 en $34.000 (mijn apparaat kostte me $3.500, iemand met een T1 verbinding betaalt al snel $8.000). Als je er meer van wilt weten is er informatie op Packeteer's website met een formulier dat je kunt invullen om een verkoper langs te laten komen (of je kunt bellen met het dichtstbijzijnde filiaal).

<http://www.packeteer.com/moreinfo/>
<http://www.packeteer.com/company/offices.cfm>

Het moge duidelijk zijn, ik kan niet iedereen aanbevelen om snel een PacketShaper aan te schaffen, maar het is voor hen die verantwoordelijk zijn voor een groot en veel gebruikt internet-netwerk zeer de moeite waard. Zeker als je reeds overweegt om extra bandbreedte aan te schaffen maar de maandelijkse lasten daarvan toch wel wat hoog vindt. Met de mogelijkheid om de snelheid te manipuleren en prioriteiten te stellen kun je met PacketShaper zoveel beter gebruik maken van je huidige verbinding dat je het aanschaffen van extra bandbreedte kunt uitstellen, en die is - ondanks al die reclame - nog nergens gratis.


Niet-winstgevende en niet-commerciële publicaties en Websites mogen artikels overnemen of een HTML link maken als de bron duidelijk en volledig vermeld wordt. Anderen gelieve ons te contacteren. We garanderen de precisie van de artikels niet. Caveat lector. Publicatie-, product- en firmanamen kunnen gedeponeerde merken zijn van hun ondernemingen.

Vorige aflevering | Search TidBITS | TidBITS Homepage | Volgende aflevering